Laure Steenaerts is een doctoraatsstudent onder leiding van prof. dr. Francois Rineau bij de onderzoeksgroep “Milieubiologie” van de UHasselt.
Binnen het EcoCities project doe ik onderzoek naar de nutriëntencycli van extensieve groendaken, meer bepaald de koolstof-, stikstof- en fosforcyclus. Naast de welbekende voordelen van groendaken, zoals hun isolatie- en waterbufferingscapaciteit, spelen de nutriëntencycli ook een belangrijk rol. Zo kan CO2 gecapteerd en eventueel gesekwestreerd worden in planten en bodem en kunnen groendaken een buffer en/of filter zijn voor stoffen die mogelijks schadelijk zijn voor het milieu, zoals nitraten en fosfaten.
Tijdens mijn opleiding biologie, heb ik een brede interesse ontwikkeld in verschillende onderwerpen, gaande van moleculaire biologie tot ecologie. Ik ben altijd al gefascineerd geweest door bodems en alle processen die hierin plaats vinden, omdat dit een essentieel onderdeel is van een goed functionerend ecosysteem. Het is dus ook belangrijk dat het artificiële substraat van een groendak, de capaciteit heeft om deze belangrijke bodemprocessen te laten doorgaan. Daarnaast vormt een extensief groendak ook nog eens een strenge omgeving, met extreme temperaturen en vaak lange periodes van droogte, wat het onderzoek naar nutriëntencycli op groendaken nog boeiender maakt.
Preliminaire resultaten tonen aan de het koolstof sekwestratie potentieel van een groendak zich voornamelijk beperkt tot de planten. Verder zien we een positief verband tussen de aanwezigheid van kruiden en de koolstof, stikstof en fosfor opslag in het substraat. Een dak met een vegetatie bestaande uit Sedum sp. en verschillende soorten kruiden heeft een substraat dat rijker is aan koolstof, stikstof en fosfor in vergelijking met een dak waarop enkel Sedum sp.zijn aangeplant.
Helaas, moeten we ook concluderen dat groendaken eerder een bron zijn van nitraten en fosfaten dan een buffer. Toekomstgericht lijkt het me dan ook een must om alternatieve substraten te bestuderen. Dit zal een grote uitdaging zijn onder andere door het artificiële karakter van groendaken. Een goed substraat moet voldoende water bufferen, voldoende nutriënten vasthouden en afgeven aan micro-organismen en planten en tegelijkertijd voldoen aan bepaalde gewichtsnormen afhankelijke van de draagkracht van het dak. Misschien moet verder onderzoek zich dan ook niet beperken tot het substraat zelf, maar moet men bv. eerder onderzoeken hoe de structuur van een bestaand dak aangepast kan worden om toch een dikkere of compactere substraat laag te kunnen dragen. Verder onderzoek naar intensieve daken zal hier ook meer duidelijkheid over geven.